Maatsoorten

We hebben nu geleerd dat er in elke maat verschillende tellen te verdelen zijn. Dit kan door gebruik te maken van de noten en te letten op hun verschillende waardes. Zo moeten er in een vierkwartsmaat (4/4) in elke maat 4 tellen te vinden zijn.

We gingen ook al even in op het belang van de maatsoort!

De maatsoort vind je altijd vooraan een muziekpartituur en geeft heel veel informatie weer!

Als we luisteren naar onderstaande muziekfragmenten horen we een duidelijk verschil in tempo en ritme. Let telkens goed op waar de eerste tel zit!

Het eerste voorbeeld bevat twee tellen per maat dat is dus de maatsoort 2/4! Probeer mee te tellen!

Deze maatsoort wordt vaak gebruikt tijdens een mars en je voelt heel duidelijk telkens twee tellen. Als je probeert om te marcheren op dit nummer zal je merken dat dit heel goed gaat!

Het tweede voorbeeld bevat 3 tellen per maat, en is dus de maatsoort 3/4. Deze maatsoort wordt typisch gebruikt bij de dans, de wals. Het typische ritme is 'Hoem-pa-pa/Hoem-pa-pa/Hoem-pa-pa  Probeer nog eens mee te tellen. 

De maatsoort die we al besproken hadden, en die heel veel voorkomt is de maat 4/4. Deze bevat dus 4 kwartnoten (of tellen) per maat. 

 

 

De verschillende maatsoorten hebben dus een groot effect op hoe de muziek wordt gespeeld. 

De meest voorkomende maatsoorten staan hier vermeld en worden als volgt genoteerd. 

Je ziet dus dat het bovenste getal zegt hoeveel tellen er per maat zullen zijn, en dat het onderste getal laat weten hoelang 1 tel duurt. Als er onderaan een 4 staat, zal elke tel 1 kwartnoot duren. Als er onderaan een 8 staat zal elke tel 1 achtste noot duren!