Conclusie

Wanneer je kijkt naar bovenstaande werkprocessen van de drie verschillende opleidingen, zie je ook veel overeenstemming.

Alle drie de opleiding zijn op sociaal gebied en dit vergt van alle drie de beroepsgroepen een juiste en correcte beroepshouding en ook veel vaardigheden komen overeen.

Gedurende de opleidingen wordt gewerkt aan de beroepshoudingen en vaardigheden.

De werkprocessen van een pedagogisch medewerker zijn gericht op kinderen, maar met wat aanpassingen zou je deze ook kunnen ombuigen naar maatschappelijke zorg en naar Social Work.

Voor onze opdracht, het ontwerpen van een lessenserie voor mensen met een lichamelijke beperking en/of chronische ziekten, hebben wij een aantal werkprocessen belicht die tellen voor alle drie de opleidingen.

Leerdoel 1:  

De student laat zien/ toont aan dat hij/zij in staat is om de ondersteuningsbehoeften van de zorgvragen te inventariseren

B1-K1-W1

PW

Inventariseert behoeften en wensen van het kind  

 

De student toont aan de wensen en de behoeften van het kind te kunnen inventariseren.

B1-K1-W1

SW

Inventariseert de vraag naar sociaal werk  

 

De student is in staat om de vraag naar sociaal netwerk te inventariseren.

B1-K1-W1

MZ

Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt  

 

De student kan een ondersteuningsvraag van de client inventariseren

Leerdoel 2:

De student is in staat om de zorgvrager te ondersteunen bij het praktisch functioneren en participatie waarbij voor de zorgvrager een zinvolle dagbesteding is bewerkstelligd.  

B1-K1-W4

MZ

Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding  

 

De student kan de cliënt ondersteunen bij dagbesteding

B1-K1-W5

PW

Stimuleert de ontwikkeling door het aanbieden van activiteiten  

 

De student kan de ontwikkeling van een kind stimuleren door een activiteit die hij/ zij aanbiedt.

 

B1-K1-W4

SW

Ondersteunt bij praktisch functioneren en participatie  

 

De student is in staat om de client te ondersteunen bij praktisch functioneren en participatie.

Leerdoel 3:

De student is in staat zijn/ haar activiteiten op te zetten en uit te voeren en door zijn/haar coördinerende rol zijn de werkzaamheden op elkaar afgestemd.

B1-K1-W6

MZ

Stemt de werkzaamheden af  

 

De student stemt haar/ zijn werkzaamheden op elkaar af

B1-K1-W4

PW

Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen  

De student stemt haar werkzaamheden met alle betrokkende af.

B1-K1-W5

SW

Zorgt voor het opzetten, uitvoeren en coördineren van activiteiten  

 

De student draagt bij aan het opzetten, uitvoeren en coördineren van activiteiten.

Leerdoel 4:

De student is in staat om de geboden zorg, ondersteuning en aanpak, te evalueren en gebruikt hierbij het PDCA-cyclus.

B1-K1-W7

MZ

Evalueert de geboden ondersteuning 

 

De student kan de geboden zorg evalueren.

B1-K1-W8

PW

Evalueert de werkzaamheden

 

 

De student kan haar werkzaamheden evalueren.

B1-K1-W6  

SW

 

Evalueert de aanpak

De student is in staat om de aanpak te evalueren.

 

 

 

Leerdoel 5:

De student toont aan dat hij/ zij werkt aan eigen deskundigheidsbevordering en professionele ontwikkeling en draagt bij aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg.

Werkproces

Omschrijving werkproces

Doelstelling

B1-K2-W1

MZ/PW

Werkt aan de eigen deskundigheid  

De student kan aangeven dat hij werkt aan zijn/ haar deskundigheidsbevordering

B1-K2-W2

MZ/PW

Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg  

De student laat een ontwikkeling zien ten aan zien van het bevorderen en bewaken van de kwaliteitszorg

B1-K2-W3

SW

Werkt aan professionele ontwikkeling

De student werkt aan zijn/ haar professionele ontwikkeling.

B1-K2-W4

SW

Werkt aan kwaliteit

 

De student is in staat om bij te dragen aan de kwaliteit binnen een organisatie.