Werken met de microscoop

De microscoop

Met een microscoop kun je heel kleine organismen of delen van organismen bekijken. Een microscoop bestaat uit verschillende onderdelen. In onderstaande afbeelding zie je een microscoop. Bij elk onderdeel staat de naam en de functie. 

Vergrotingen

Boven in de microscoop zit een oculair. Op het oculair staat meestal de vergroting. Bij de meeste microscopen op school is dit 10×. Er zijn ook oculairs die 5× of 15× vergroten.
Aan de revolver zitten verschillende objectieven. Ook op de objectieven staat meestal wat de vergroting is. In de afbeelding zie je drie verschillende objectieven. Door aan de revolver te draaien, kun je een ander objectief kiezen.

 

 

Het preparaat

Het voorwerp dat je met de microscoop bekijkt, heet het preparaat. Een preparaat bestaat uit een dik en een dun glaasje. Ertussen ligt wat je wilt bekijken.
In afbeelding 5 zie je hoe een arts een druppel bloed op een glasplaatje legt. In afbeelding 6 zie je een preparaat. Het is belangrijk dat het preparaat heel dun is, zodat het licht erdoorheen kan schijnen. Als dat niet kan, zie je niets.