De theorie zegt hierover dat het belangrijk is om op het tempo van de client te werken. Je bespreekt met de client wat de stappen zijn die jullie samen gaan doorlopen om een enge/spannende situatie te overwinnen zodat de client hier niet meer bang voor hoeft te zijn. Het is hierbij wel belangrijk dat de client hier voor open staat en je hem gerust stelt wanneer de spanning voor de client te hoog word.
Je motiveert de client door bijvoorbeeld het positieve gedrag te stimuleren. Stel, een client vind het leuk om samen met jou te gaan wandelen. Dan kun je tegen de client zeggen: weet je wat we kunnen doen?, als wij nou eerst ( de spannende situatie doorlopen ) dan kunnen we daarna even gezamenlijk een stukje gaan wandelen om uit de situatie te stappen en tot rust te komen.
Binnen de organisatie zelf gebeurt dit door alle positieve gebeurtenissen van de situatie te benoemen. Wanneer er gedoucht word benoemd dat de client weer lekker fris ruikt, er weer super goed uit ziet en er lekker fris uit ziet. Veel cliënten willen namelijk niet meer douchen. Complimentjes vinden ze fijn om te krijgen en geeft hun een fijn gevoel. Hierdoor voelen cliënten zich meer gewaardeerd en zullen hier in het vervolg minder moeilijk over doen.