Het CofI model is een op het sociaal constructivisme gebaseerd model dat leren ziet als een proces van kennis- en betekenisconstructie op basis van samen leren, interactie en dialoog (Garisson et al., 1999; Fiock, 2020). Een proces van “Inquiry” (onderzoekend leren) vormt de kern om tot kennisconstructie en hogere orde leren te komen. Reflectie en interactie zijn daarbij de kernelementen. Volgens de bedenkers van het CofI model biedt juist de online leeromgeving kansen om de kernelementen van reflectie en interactie te versterken en een krachtigere leerervaring te creëren.
Volgens het CofI model dient aan de volgende drie “presences” aandacht te worden besteed om tot een productieve CofI te komen in het onderwijs:
Social Presence: gaat over het ontwerpen, onderhouden en versterken van een veilige leeromgeving waarin vanuit vertrouwen en open communicatie wordt samen geleerd. Relevante aspecten zijn dat studenten zich vrij voelen om zich te uiten (open communicatie), groepscohesie en emotionele binding.
Cognitive Presence: gaat feitelijk over het rondmaken van een leercyclus die leidt tot kennis- en betekenisconstructie gericht op het verwerven van leeruitkomsten. Binnen het CofI model gaat dat met name over “onderzoekend leren” (inquiry) en als cognitief script voor het leerproces wordt het Practical Inquiry Model gehanteerd. Belangrijk is om in het ontwerp en uitvoering van het onderwijs studenten te stimuleren deze leercyclus van Practical Inquiry volledig rond te maken en te herhalen.
Teaching Presence: Het gaat over het ontwerpen, faciliteren en richting geven aan social presence (veilige leeromgeving, groepscohesie, binding) en cognitive presence (rondmaken van de leercylcus / stimuleren van de voortgang van het inquiry proces). Feitelijk gaat het hier om je onderwijsontwerp en didactiek en waarop die gericht moet zijn. Hoe wordt het leren effectief uitgelokt, begeleid en ondersteund? Dit laatste vinden we een sterk handvat voor de praktijk.
Naar onze mening zouden er ook andere modellen invulling kunnen geven aan de cognitive presence. Immers, er zijn meerdere vormen van leren en vraag is op welke vorm je meer of minder accent legt. Het Practical Inquiry Model is wel gevarieerd doordat het verschillende typen van leren bevat (niet alleen inquiry, zie ook de 6 learning types van Laurillard). Het is wel belangrijk daarbij dat docenten een gedeeld idee hebben van wat leren is en hoe ze dit willen stimuleren, zodat ze ook doelgericht kunnen stimuleren tot het rondmaken van een dergelijk proces of cyclus. Een model of cognitief script zoals het practical inquiry model kan dan een sterk handvat zijn.
In een blended of online setting lijken de accenten van wat belangrijk is qua ontwerp en didactiek te verschuiven. De coronacrisis en daarbij het wegvallen van het fysieke onderwijs en sterke focus op online leren maakt ons bewust van het feit dat groepsbinding belangrijk is en we zoeken naar vormen om dit anders of beter vorm te geven. Ook appelleert het leren online aan nieuwe rollen, denk bijvoorbeeld aan de rol van de docent als moderator.