Jullie hebben al geleerd hoe je je leeftijd vertelt. Nu ga ik je vragen ook te vertellen over de leeftijd van iemand anders. Voor hulp hierbij kun je nog een keer mijn filmpje bekijken aan het begin van dit arrangement. Je hebt het werkwoord AVOIR nodig om iemands leeftijd te vertellen.
Wil je nog oefenen AVOIR? Klik dan op de 1e quizlet 'exercer avec AVOIR'.
Wil je nog oefenen met de cijfers en ook weten hoe je de leeftijd van je moeder/vader uitspreekt of schrijft, open dan de 2e quizlet 'exercer avec les CHIFFRES'. Ga dan, als je er klaar voor bent, naar de de vragen die eronder staan!
Bonne chance!
Exercer avec avoir:
Exercer avec les chiffres:
Les exercices + pour le but B: Geef antwoord op de vragen, let op dat je helemaal naar beneden scrolt. Klik daarna op 'Verzenden'.