Leerlingen krijgen inzicht in wat ze moeten bereiken aan het eind van het arrangement door de opgestelde leerdoelen. Die zijn niet alleen belangrijk voor de leerlingen, maar ook voor de docent. Leerdoelen zijn van belang om aan te kunnen tonen op welk niveau elk leerling zich bevindt binnen het leerproces (Devid & Hemmeltjen, 2020). Daarnaast geven leerdoelen richting aan het leren. Nadat deze zijn opgesteld kan de docent de passende inhoud, activiteiten en werkvormen opzoeken die helpen om uiteindelijk de leerdoelen te behalen. Vervolgens kan een leerling met behulp van de leerdoelen zijn eigen leerproces en progressie bepalen en daardoor kan hij of zij onafhankelijker worden van de docent (Devid & Hemmeltjen, 2020). De inhoud van het leerarrangement heb ik samen met mijn klas van havo 3 uitgevoerd, omdat ik het heel belangrijk vindt dat een leerling die een vreemde taal leert zichzelf kan voorstellen.
Het leerarrangement volgt het directe instructie model. Deze biedt een gestructureerde mogelijkheid en zorgt ervoor dat de leerlingen effectief kunnen leren. Daardoor zijn in de welkompagina de leerdoelen aangekondigd. Daarna volgt de instaptoets, zodat de leerlingen hun nieuwe kennis verbinden met hun eigen voorkennis. Vervolgens wordt de nieuwe les van bezittelijk voornaamwoord uitgelegd. Hierna worden open vragen over de eerste oefening opgesteld om te controleren of de leerlingen de leerstof goed beheersen en hebben onthouden. De taxonomie van Bloom gaat het hierbij om open opdrachten nadat de basisstof is aangeboden. Daarna heb ik ze opdrachten gegeven om te checken of ze de uitleg goed hebben begrepen. Tenslotte wordt het leerarrangement afgesloten met een toets waarin de leerlingen de informatie die ze hebben geleerd in een andere context toepassen.
Om de inhoud over te brengen heb ik voor didactische werkvormen gekozen die goed aansluiten bij het lesonderwerp en rekening houden met de verschillen van klas havo 3. Tijdens de instructie heb ik een kennis clip toegepast waarin het leerarrangement wordt uitgelegd zodat de leerlingen weten wat ze moeten doen. Daarnaast zijn er verschillende opdrachtvormen aanbod gekomen, zoals open opdrachten, meerkeuze vragen en invulteksten, om te zorgen dat leerlingen de leerstof op nemen. Vervolgens wordt een spelvormopdracht Quizlet toegepast om het leerproces te ondersteunen. Zo kan elke leerling het bezittelijk voornaamwoord op een speelse manier oefenen. In de eindopdracht wordt een vrije opdracht toegepast. Hierin kunnen de leerlingen het bezittelijk voornaamwoord in hun verhaal toepassen. In de vorm van een video, waarin ze over zichzelf, hun familie, huisdier en hobby vertellen. Bij de opdracht zijn leerlingen vrij om te kiezen uit verschillende hulpmiddelen: opnames maken met behulp van een PowerPoint, een poster en video zonder hulpmiddel, of ze kunnen zelf iets anders verzinnen. Zo kan elke leerling actief leren in een rijke leeromgeving.
Om de les inhoudelijk uitdagend te maken voor alle leerlingen, heb ik geprobeerd te differentiëren tijdens de instructies door de lesstof op verschillende manieren uit te leggen. In de verwerkingsfase heb ik de opdrachten op verschillende niveaus aangeboden. Leerlingen die meer aankunnen kunnen het leerarrangement sneller doorlopen door een paar stappen over te slaan. Leerlingen die het leerarrangement moeilijk vinden krijgen meer uitleg en kunnen bij elke fase de regels opnieuw herhalen. Het voordeel van deze vorm van differentiatie is dat de leerlingen de nieuwe manier van les geven waarderen, actief, enthousiast en gemotiveerd zijn en zelfstandig aan de slag gaan met de leerstof.
Ik heb mijn les betekenis gegeven door op de welkompagina van het leerarrangement aan de leerlingen te vertellen dat onze school meedoet aan uitwisseling met een middelbare school in Frankrijk. Dat betekent dat wij een facebook pagina voor onze klas gaan maken, waarin iedereen zichzelf moet gaan voorstellen. Hierin moeten wij het bezittelijk voornaamwoord toepassen. Volgens Barron & Darling (z, d.) Leerlingen leren dieper wanneer ze deelnemen aan projecten dat samenwerking vereist.
Het leerarrangement wordt afgesloten met een toets waarop de geleerde kennis van de leerlingen worden gemeten. Met deze toets kan ik alvast stellen of aan het einde van het leerarrangement de doelen zijn behaald. Zo weet ik wat de leerlingen weten, begrijpen en kunnen na het leerarrangement.
ICT is ingezet om de vak-inhoud beter te kunnen overbrengen door de leerstof op verschillende manier (aan de hand van geschreven teksten, PowerPoint en video-uitleg) aan te bieden. Dat zijn de meeste effectieve gebruikelijk multimedia volgens theorie van Mayer (2009), om te voorkomen dat werkgeheugen van de leerlingen overbelast raken door bijvoorbeeld de geschreven teksten. Vervolgens heb ik de educatieve tool Quizlet ingezet. Die zorgt voor verschillende oefenen vormen die de leerling helpt bij het leren en waarin de leerling ook zijn vorderingen kan zien.
De inzet van ICT geeft een bijdrage aan het gedifferentieerd van de leesstof. Ten eerste kan in de uitleg elke leerling de juiste vorm die bij hem of haar past kiezen in de vorm van PowerPoint, geschreven tekst en video uitleg. Vervolgens kan elke leerling in de verwerkingsfase oefenen op zijn eigen tempo op Quizlet. Ten slotte kan elke leerling in de eindopdracht een vorm kiezen via Google Forms die bij hem/haar past, zo heb ik het in leervoorkeuren gedifferentieerd.
De inzet van digitale middelen zorgt dat de leerlingen gemotiveerd worden om aan de slag te gaan met het leerarrangement. Daarnaast leren leerlingen beter volgens de theorie van Allan Paivio (1971), door visueel en verbaal informatie te combineren. Ook leren leerlingen beter als belangrijke informatie uitgelicht wordt, bijvoorbeeld door te arceren, ingesproken les door een vreemde menselijke stem in plaats van een computer stem. Op deze manier wordt informatie verwerkt en opgeslagen in de lange termijn geheugen van de leerling. Door deze te combineren zouden leerlingen nieuwe uitleg beter onthouden (Mayer,2009).
Het afstemmen op de verschillen tussen leerlingen in de klas is ook een van de belangrijkste punten die waar elke docent zich van bewust moet zijn. Goede leerprestaties ontstaan niet alleen door aan de basisbehoeften van de leerling (competentie, autonomie en relatie) te voldoen, maar ook door te differentiëren in de les. Iedere docent moet rekening houden met de verschillen in de klas en zijn voorbereiding daarop afstemmen. Zoals tijdens instructies, verwerking, leertijd binnen de klas aan de hand van hun leervoorkeur, interesse en motivatie. De docent kan kiezen voor een extra uitdaging door te differentiëren in de opbrengst van eindtoets. Zoals leerlingen uit twee onderdelen laten kiezen of ze laten schrijven over iets wat ze leuk vinden. Zo worden ze meer gemotiveerd en kunnen rustig aan de slag om hun leerdoelen te behalen. Differentiëren in toets niveau kan ook door onderscheid te maken tussen vragen op een basisniveau en op hoger niveau.
Digitale leermiddelen bieden kansen om het onderwijs efficiënter, effectiever en aantrekkelijker vorm te geven. Door de ondersteuning met digitale leermiddelen hebben zowel de sterke als de zwakke leerlingen de leerkracht minder nodig. Vervolgens wordt het voor docent makkelijker om de differentiatie te organiseren. Deze ondersteuning kan voor de sterke en de zwakke leerlingen anders zijn. De sterke leerlingen krijgen de leerstof digitaal aangeboden, waarin ze zelfstandig aan de slag kunnen, het voordeel daarvan dat de zwakke leerlingen de steun van de docent meer kunnen gebruiken.
Barron, B. & Darling, L. (z., d.) Teaching For meaningful learning. Geraadpleegd op 21 oktober 2020 van https://bloomwise.nl/betekenisvol-onderwijs-toekomst/
Berden, M. Van Teeseling, M. (2020). Differentiëren is te leren! Omgaan met verschillen in het vo en mbo. Amsfeort :CPS Onderwijsontwikkeling en advies.
Bloom, B.S. (1984). Taxonomy of Educational Objectives: Book 1 Cognitive Domain. Reading, MA: Addison Wesley.
Devid, V. Hemeltjen, H. (2020). Wat zijn leerdoelen en waarom zou je met leerdoelen werken? geraadpleegd op 21 oktober 2020 van https://www.vernieuwenderwijs.nl/leerdoelen-deel-1/#:~:text=De%20educatieve%20filosoof%20Ralph%20Tyler,ten%20opzichte%20van%20die%20kennis.
Mayer, R. E. (2009). Multimedia Learning (2de editie). Cambridge, Verenigd Koninkrijk: Cambridge University Press.
Paivio, A (1971). Imagery and verbal processes. New York: Holt, Rinehart, and Winston.