Bij een hartinfarct (of hartaanval) raakt een bloedvat van het hart plotseling afgesloten. Het hart krijgt zuurstof en voedingsstoffen via de kransslagaders (coronaire arteriƫn), deze kransslagaders kunnen langzaam vernauwen door slagaderverkalking. In het begin merk je hier nog weinig van, het wordt vaak het eerst opgemerkt bij heftige emoties of inspanning.
Wanneer een kransslagader van het hart verstopt raakt, doordat een bloedstolsel (trombus) in de kransslagader blijft steken, spreken we van een hartinfarct. Hierdoor krijgt een deel van het hart geen bloed, en dus ook geen zuurstof meer. Hoe eerder dit bloedvat weer open is, hoe beter. Mocht dit gedeelte langere tijd geen bloed en zuurstof ontvangen, dan zal dit geleidelijk afsterven. Het gedeelte waar de hartspier afsterft ontstaat littekenweefsel, het hart pompt wel door, maar op de plek van het littekenweefsel dat het hart niet meer mee.
- Klachten
De klachten bij een hartinfarct kunnen erg verschillen per persoon. Daarnaast kunnen ze plotseling maar ook geleidelijk ontstaan. De meest voorkomende klachten zijn een drukkend, knellend of beklemmend gevoel op de borstkas. Deze pijn houdt ook in rust langer dan 5 minuten aan en kan eventueel uitstralen naar de kaak, hals, bovenarmen, rug of maagstreek.
Andere klachten die voor kunnen komen zijn:
Nb. Scherpe steken in de borst wijzen vrijwel nooit op een hartinfarct.
Bij vermoedens van een hartinfarct kan ambulancepersoneel een hartfilmpje laten maken, dit heet een elektrocardiogram (ECG). Daarnaast bestaat er een mogelijkheid om in het laboratorium het bloed te laten onderzoeken op hartenzymen (bepaalde afvalstoffen). Als deze afvalstoffen worden gevonden in het bloed dan duidt dat erop dat er een stukje hartspier (het myocard) is afgestorven.
- Behandeling
Bij constatering van een hartinfarct is het van belang zo snel mogelijk een behandeling te starten. Deze behandeling bestaat uit het toedienen van medicijnen, een dotterbehandeling en/of een bypassoperatie.
Verschillende medicijnen die kunnen worden gebruikt zijn pijnstillers, antistollingsmedicijnen en nitraten ( deze zorgen ervoor dat de kransslagaders iets verwijden.)
Deze behandeling is bedoeld om het bloedvat weer open te maken. Door een katheter (buigzaam slangetje) in te brengen via de pols of de lies wordt er een klein ballonnetje is de verstopte kransslagader van het hart gebracht. Is dit ballonnetje aangekomen bij de plek waar de verstopping zit wordt deze iets opgeblazen. Op deze manier wordt de vernauwing opgerekt. Vaak wordt dan gelijk een metalen of kunststofbuisje geplaatst om te voorkomen dat de wand gelijk weer terugveert. Dit heet een stent.
Bij een bypassoperatie wordt er door middel van een operatie een omleiding om de vernauwing heen gemaakt.