Grote en kleine bloedsomloop.
Globaal kun je de bloedsomloop in twee stukken delen. De grote bloedsomloop en de kleine bloedsomloop. De kleine bloedsomloop vervoert zuurstofarm bloed van het hart naar de longen. In de capillairen in de longen wordt zuurstof in het bloed opgenomen en koolstofdioxide aan de longen afgegeven. Vanaf de longen stroomt het zuurstofrijke en koolstofdioxide arme bloed dan weer terug naar het hart. Via de linker boezem en de linker kamer wordt het zuurstofrijke bloed nu de grote bloedsomloop ingepompt. Via de grote bloedsomloop komt het bloed met zuurstof bij alle organen en weefsels terecht die zuurstof en voedsel nodig hebben voor de verbranding. Als het bloed zuurstof heeft afgegeven aan de weefsels stroom het via de aderen en de onderste holle ader weer terug naar het hart. In het hart zijn het zuurstofarme bloed en het zuurstofrijke bloed strikt van elkaar gescheiden. We noemen de bloedsomloop van de mens een dubbele bloedsomloop, omdat per omloop door het gehele lichaam het bloed twee keer door het hart heen komt.
bron: https://biologielessen.nl
