4.6 Begeleiding

De begeleiding van een diabeet ligt in handen van de huisarts en de internist, bij kinderen doet de kinderarts de begeleiding. Daarnaast wordt een aantal andere begeleiders ingeschakeld, zoals de diabetesverpleegkundige, de gespecialiseerde wijkverpleegkundige, de diëtist en de podotherapeut. De begeleiding wordt het best gegeven in teamverband, waarin soms ook nog andere hulpverleners deelnemen.

Type 1 diabeten

Deze diabeten worden minimaal eens per 3 maanden door de internist (of kinderarts, soms ook door de diabetesverpleegkundige) gecontroleerd, waarbij naar klachten wordt gevraagd, het gewicht wordt gemeten en eventueel ook de bloeddruk (zeker eens per 6 maanden) wordt opgemeten. Er wordt een glucose dagcurve gedaan – bij voorkeur door de patiënt zelf – en het percentage HbA1c wordt bepaald. Eens per 3 à 6 maanden wordt eiwit (microalbumine) in de urine gemeten. Bij een ontregeling of bij onbevredigende laboratoriumwaarden wordt de diabeet uiteraard vaker gezien. Ook de huisarts, diabetesverpleegkundige en – incidenteel – de diëtist en de podotherapeut (voetdeskundige) spelen een rol bij de begeleiding van de patiënt.

Samenwerking huisarts en specialist

In toenemende mate ontstaan er samenwerkingsverbanden tussen huisartsen en specialisten waardoor controles gezamenlijk, dat wil zeggen om en om, plaats kunnen vinden. Het jaarlijks periodiek onderzoek wordt meestal door de specialist, maar meer en meer ook door de huisarts gedaan. Die laat het periodiek laboratoriumonderzoek uitvoeren en verricht een lichamelijk onderzoek.
Bij het lichamelijk onderzoek worden gewicht en lengte gemeten, met de stethoscoop wordt geluisterd naar vaatgeruis (dat op vernauwing van een bloedvat kan wijzen) en de injectieplaatsen worden bekeken. Verder worden de voeten (bloedvaten, eelt, stand van de tenen, wondjes, gevoel etc.) geïnspecteerd en ook de reflexen om de conditie van het zenuwstelsel te beoordelen. Ten slotte wordt geïnformeerd naar eventuele klachten en naar lichaamsbeweging, rookgewoonten en eventuele voedingsproblemen.

Diabetesverpleegkundige

Afbeelding: diabetesverpleegkundige
Bron: https://www.meandermc.nl/patientenportaal

Begeleiding vindt ook plaats door de diabetesverpleegkundige die de patiënt in de eerste periode

van de ziekte uitleg geeft over alle aspecten van diabetes. De verpleegkundige kan zeer veel praktische informatie en tips geven. Ook later is het aan te raden om de diabetesverpleegkundige regelmatig te raadplegen, ook voor problemen tussendoor. Bij goed ingestelde diabeten kan de diabetesverpleegkundige ook de controles gedeeltelijk overnemen.