Bij een herseninfarct wordt onverwacht een bloedvat in de hersenen afgesloten. Een deel van de hersenen krijgt dan te weinig zuurstof. Hierdoor ontstaan uitvalsverschijnselen.
Hersenen hebben zuurstof nodig om hun werk te kunnen doen. Zuurstof wordt via het bloed vervoerd. Als een bloedprop een bloedvat in de hersenen afsluit, beschadigt het weefsel achter deze verstopping.
Een herseninfarct ontstaat plotseling. Het is een ernstige situatie die om direct ingrijpen vraagt. Hoe langer de afsluiting duurt hoe groter de kans op blijvende schade.