Begin met de positieve dingen te benoemen. Wat doet diegene nou enorm goed. Er zijn vast dingen die goed gaan. Na het positieve pak je vaak wat negatievere dingen, de verbeterpunten. Je brengt dat met het doel om diegene te helpen met verbeteren van handelingen. Breng dit positief en uit het IK perspectief. Je kan ook tips geven om het te verbeteren of wat dan ook. Laat zien dat het niet erg is maar wel om aan te denken. Benadruk dus het positieve!