Hier vind je 'plus' stof als je wat extra verdieping en uitdaging zoekt.
Drukeenheden 4.1
Voor het meten van druk worden allerlei eenheden gebruikt. Natuurkundigen gebruiken de pascal (Pa). Hierbij geldt: 1 pascal is hetzelfde als 1 newton per vierkante meter (1 Pa = 1N/m2).
In het dagelijks leven worden allerlei drukeenheden gebruikt. Op een manometer waarmee je de bandenspanning meet, wordt de eenheid atmosfeer (atm). 1atm = 101325 Pa.
Op barometers vind je vaak de eenheid milibar (mbar): 1mbar = 100 Pa.
Een huisarts meet je bloeddruk in millimeter kwikdruk (mm Hg): 1 mm Hg = 133 Pa.
Gevoelstemperatuur 4.2
Als het koud weer is, kan je lichaam snel afkoelen. Dat ligt nit alleen aan de temperatuur. Het is ook belangrijk hoe hard het waait. Hoe groter de windsnelheid, hoe meer warmte je lichaam kwijtraakt. Daardoor voelt -5°C bij harde wind even koud aan als -18°C bij rustig weer. In het weerbericht wordt in zo'n geval gezegd: "De gevoelstemperatuur is vandaag 18 graden onder nul."
Luchtvochtigheid 4.3
Met een hygrometer kun je de luchtvochtigheid meten. De schaal op die meter loopt van 0% tot 100%. Een luchtvochtigheid van 100% betekent dat de lucht de maximale hoeveelheid waterdamp bevat. Bij een temperatuur van 29°C is dat bijvoorbeeld 30 gram waterdamp per m3.
De luchtvochtigheid is 50% als de lucht de hleft van de maximale hoeveelheid waterdamp bevat. Bij een temperatuur van 29°C is dat 15 gram waterdamp per m3.
Overspanning 4.4
Een blikseminslag heeft nit alleen effect op de plaats waar hij inslaat. Tot meer dan 1 km in de omtrek ontstaan er spanningspieken in elektriciteits- en telefoonleidingen. Daarbij stijgt de spanning opeens tot ver boven de gewonen waarde. Zo'spanningspiek duurt minder dan 1/100 seconde, maar kan in die tijd wel allerlei apparaten beschadigen. Vooral elektronica is erg kwetsbaar.
Aardgas: een broeikasgas 4.5
Het hoofdbestanddeel van aardgas is methaan. Methaan is een broeikasgas dat, net als koolstofdioxide, in geringe hoeveelheden in de atmosfeer voorkomt. Na koolstofdioxide draagt methaan het meest bij aan het versterkte broeikaseffect. Dat komt doordat methaan de infrarode straling goed vasthoudt. Methaan absorbeert de warmte zelfs nog beter dan koolstofdioxide. Om eenzelfde hoeveelheid straling te basorberen, is er veel minder methaan nodig dan koolstofdioxide.