Romeinen bezetten Gallië

Julius Caesar was een legerleider uit het Romeinse Rijk. Hij wilde graag de leider worden van de Romeinen. Hiervoor moest hij belangrijk en bekend worden in het gehele Romeinse Rijk. Hij besloot om Gallië te veroveren om de volgende redenen:

 

- Een groot stuk land veroveren zou hem beroemd maken.

- In Gallië kon hij een grote oorlogsbuit veroveren om zijn schulden af te lossen.

- Caesar zou nieuwe economische markten kunnen ontwikkelen in Gallië.

 

Julius Caesar heeft het land veroverd tot aan de rivier de Rijn. Het gebied onder de Rijn noemde hij België en Gallië, het gebied ten noorden van de Rijn noemde hij Germanië. Op deze manier heeft hij er zelf voor gezorgd dat hij een heel rijk veroverd had. Caesar beschreef de Gallische oorlogen in zijn militaire dagboek, de Belo Gallico (De Gallische oorlog).

Caesar kon de stammen veroveren door de stammen tegen elkaar op te zetten. Hij zorgde ervoor dat de stammen hem gingen volgen in plaats van de andere stammen. Dit deed hij door de stamhoofden veel rijkdom en aanzien te geven. Daarnaast wisten de stammen dat het Romeinse leger op dat moment veel sterker was dan de onderling ruzie makende Gallische en Belgische stammen.

Wanneer een stam overwonnen was eiste Caesar goud en slaven.

Na de Gallische oorlogen werd Caesar dictator. Hij mocht vanaf nu alles zelf bepalen en in 10 jaar de problemen in het Romeinse Rijk oplossen. Uiteindelijk werd hij na 5 jaar vermoord.