De zichtbare uitwendige geslachtsorganen van de man bestaan uit de penis, de eikel en het scrotum.
De penis:
is het mannelijke paringsorgaan en het mictieorgaan;
heeft een vrij hangend deel dat schacht heet;
is onder de symfyse (schaambeenverbinding) verankerd;
bevat zwellichamen;
produceert onder de voorhuid wittig smegma, bestaande uit huidcellen, prostaatvocht en kliervocht gevormd door kliertjes in de voorhuid;
wordt bij seksuele prikkeling groter en stijf (erectie) doordat de arteriƫle bloedtoevoer naar de zwellichamen groter is dan de veneuze afvoer.
De penis bestaat uit drie delen:
De wortel, vertrekt vanuit het scrotum;
De schacht met veneuze sinussen oftewel zwellichamen;
De glans, uiteinde van de penis (eikel).
Door de penis loopt de urethra, die zowel het urinestelsel als het reproductiestelsel dient. Aan het uiteinde heeft de glanspenis in het midden de uitmonding van de urethra. Normaliter is de glanspenis bedekt door een losse huidplooi genaamd preputium of voorhuid.