Wat kan ik straks?
|
---|
► In eigen woorden uitleggen wat vergroten is, wanneer we vergroten en waarom we vergroten. |
► De 6 verschillende onderdelen van de bruine boon benoemen en herkennen. |
► De functies van de 6 verschillende onderdelen van de bruine boon benoemen. |
In de biologie proberen we zo veel mogelijk zelf de organismen waar te nemen. Bij planten is dat meestal niet zo moeilijk, omdat we planten kunnen verzamelen. Denk er hierbij wel aan dat je de natuur geen schade mag toebrengen!
Sommige dieren kun je gemakkelijk zelf waarnemen, bijvoorbeeld huisdieren, vissen in een aquarium of regenwormen. Van andere dieren kunnen we alleen afbeeldingen bestuderen. Soms zijn organismen zo klein dat je ze met het blote oog niet goed kunt zien. Je kunt dan een loep (vergrootglas) gebruiken. Je kunt het best een loep gebruiken die ongeveer 10 keer vergroot. Je moet de loep dicht bij je oog houden, het voorwerp waar je naar kijkt, moet je naar de loep brengen, tot je een scherp beeld ziet.
Wil je nog kleinere organismen bestuderen, dan kun je een microscoop gebruiken. Daarover leer je meer in thema 3.
Een zaad
In de lente zie je op veel plaatsen jonge plantjes verschijnen. De meeste plantjes groeien uit zaden die kiemen. Een voorbeeld van een zaad is een bruine boon.
Aan de buitenkant van een bruine boon zit een stevig bruin vlies, de zaadhuid. De zaadhuid beschermt het zaad. De witte ovale vlek op een bruine boon noemen we de navel. Met de navel heeft het zaad vastgezeten aan de plant waaraan het zaad is gegroeid. Onder de navel bevindt zich het hartvormig bultje. Aan de andere kant van de navel zit een heel klein gaatje in de zaadhuid. Dat gaatje heet het poortje. Door het poortje kan een zaad snel water opnemen. Water is nodig voor de kieming van het zaad.
In een zaad zit een kiem. De kiem is het begin van een nieuwe boonplant. De kiem bestaat uit een worteltje, een stengeltje en twee kleine blaadjes.
Om te groeien heeft de kiem reservevoedsel nodig. Het reservevoedsel zit in zaadlobben. Een bruine boon heeft twee zaadlobben. Als de bruine boon gaat kiemen, groeit de kiem uit tot een kiemplantje.