3. Hoe zorg je ervoor dat een client zoveel mogelijk eigen regie behoud?
Theorie:
Ga uit van mogelijkheden: wat kan iemand (nog) wel? Bespreek met de cliënt concrete, haalbare doelen. Dit versterkt ook het vertrouwen van de cliënt in zichzelf.
Sluit aan bij drijfveren en levensdoelen van cliënten: wat vindt iemand belangrijk? Wat motiveert hem? Waar wil hij naartoe werken?
Help de cliënt zo nodig inzicht te krijgen in zijn eigen situatie.
Bespreek met de cliënt hoe zijn eigen netwerk het beste kan worden ingezet. Besteed daarbij ook aandacht aan wat de cliënt zelf voor zijn netwerk kan betekenen.
In de praktijk doen we het eigenlijk hetzelfde, we weten eigenlijk goed van elk individueel wat hem/ haar motiveerd en wat de cliënt belangrijk vindt. Ook gaan we na wat iemand wel en niet kan en vanuit daar gaan we er voor zorgen dat een persoon zoveel mogelijk zelfredzaam is in de belangrijke dingen maar ook hulp durft te vragen.