4. Hoe bouw je een vertrouwensband op?

Theorie:

Je werkt aan het onderling vertrouwen en biedt de cliënt de mogelijkheid om persoonlijke

en/of intieme vraagstukken te bespreken. Je toont voorbeeldgedrag en biedt de cliënt mogelijkheden om vaardigheden te leren.

Praktijk:

In de praktijk doen we het ook op deze manier, elke cliënt is verschillend en je hebt bij elke cliënt een verschillende aanpak nodig zoals humor.

Een voorbeeld hiervan is dat er een meneer is met een niet aan geboren hersenletsel, meneer maakt vaak grapjes en als je hier op de juiste manier op ingaat merk je dat hij het leuk begint te vinden maar meneer kan ook over de grens gaan, dan moet je goed aangeven wat jouw grenzen zijn en zo kan je een band opbouwen met een cliënt en het verschilt dus per cliënt.