Waar gaat dit vak over?

Het vak Sociaal Wetenschappelijke Theorieën heeft alles met gedrag te maken. 

Ieder mens laat verschillend gedrag zien en gedrag komt ergens vandaan. In deze lessen duiken we meer in op gedrag van de mens. Hoe worden deze verschillen in gedrag opgebouwd, wat ligt hieraan ten grondslag en welke invloed hebben de hersenen op het gedrag van de mens? 

 

Gedrag kun je aan- en afleren. HIerover is veel geschreven en ook over de verschillende stadiums in gedrag. Welk gedrag laat iemand zien op 2 jarige leeftijd en welk gedrag kun je verwachten van 12 jarige? Hiervoor duiken we dieper in op verschillende ontwikkelingspsychologen en gedragswetenschappers. 

Om gedragingen te laten vallen binnen bepaalde normen en waarden heeft iedere instelling een visie. Wat wil een instelling / bedrijf met deze visie? Waarvoor dient een visie? Hoever kun jij je inleven in de visie van je BPV-instelling? Hoe belangrijk is het om op een zelfde manier resultaten proberen te behalen en lukt dit ook? Hiervoor duiken we een stukje verder in op de visie. 

Uiteindelijk is al het gedrag wat we zien onderhevig aan hoe we omgaan met elkaar. Wordt bepaald gedrag versterkt? Wordt gedrag afgeleerd? Door wie en hoe? Hoe kun je mensen met een verstandelijke beperking, met een verslaving, met een ziekte als dementie nu het beste begeleiden? Bestaat daar 1 methodiek voor of zijn er meerdere? Welke begeleidingsmethodieken zijn er en welke spreken jou het meeste aan? Zijn ze ook inzetbaar op je BPV? 

Om hierachter te komen duik je uiteindelijk in een eigen casus vanuit je BPV. Je gaat observeren, informatie verzamelen en je gaat een beginsituatie in kaart brengen. Uiteindelijk kun je op een professionele manier deze beschrijven, doelen neerzetten die wenselijk en haalbaar zijn en een juiste keuze maken voor een begeleidingsmethodiek die past binnen de visie van de instelling en waar jij je ook fijn bij voelt. Dit alles met als doel: De cliënt versterken in zijn eigen kracht!