Jacobus Bellamy
Jacobus Bellamy (pseudoniem Zelandus, 1757-1786) was een Nederlands dichter.
Na een moeilijke jeugd in Vlissingen gaat Jacobus Bellamy in Utrecht studeren. Daar publiceert hij de dichtbundel Gezangen mijner jeugd (1782). De bundel gaat vooral over zijn geliefde Francina Baane (in de bundel Filis).
In de achttiende eeuw was Jacobus Bellamy een van de populairste dichters. Naast poëzie schreef hij politieke strijdverzen. Hij was patriot en verdedigt de idealen van de verlichting.
Lees het gedicht 'Het keurslijf' uit de dichtbundel.
Zij , die tot vrouwelijke pracht het keurslijf eerst heeft uitgevonden was wis een rimplig wijf van driemaal dertig jaren wier grommigheid der lieve jeugd ‘t genot ontzei der zoete vreugd omdat haar ‘t zoet genot was met de jeugd ontvaren. Had dan de deugd geen machts genoeg, dat ze een vermeetle hand verjoeg, die met een dartle drift een boezem dorst genaken? Moest dan een mislijk samenstel van walvisbeen, met wreed geknel, de maagdelijke borst zo strengelijk bewaken? Natuur! men handelt u tot hoon. Gij schept vergeefs uw toovrend schoon. Gij kunt der grilligheid der mode niet behagen. Ach! mocht zij die dees dwaze pracht te zinneloos heeft uitgeacht, tot straffe in Pluto’s hof* een gloeiend harnas dragen! *Pluto’s hof = de onderwereld Uit: Gezangen mijner jeugd |
Links:
Wikipedia
Video's:
Bellamy park