Alleen het eerste woord van een zin begint met een hoofdletter.
Als de zin begint met een apostrof dan schrijf je het tweede woord met een hoofdletter.
Voorbeeld: 's Morgens ruimt mijn vader altijd de vaatwasser uit.
Als een zin met een cijfer begint, krijg je geen hoofdletter.
Voorbeeld: 13 leerlingen waren afwezig.
Maak de volgende opdracht.
extra oefenen: Hoofdletters
In principe hoef je alleen opdracht 1 t/m 4 te oefenen, maar kennis over afkortingen is nooit verkeerd. Voel je dus vrij om ook de andere opdrachten over afkortingen te maken.