Nosologie is 'ziekteleer'. Een nosologische diagnose is dus een 'ziekte-diagnose'. Dit is wat in de geneeskunde meestal bedoeld wordt met een diagnose. Diagnostiek kan zich, behalve op de ziekte, ook op andere aspecten richten, bijvoorbeeld op hulpbehoevendheid. En daarom wordt er in de richtlijn Dementie dit onderscheid benadrukt.
We moeten dus nu beoordelen welke ziekte bij de patiënte uit de casus tot het dementie syndroom zou kunnen leiden. De meest voorkomende vorm van dementie is de ziekte van Alzheimer (AD). Het precieze aandeel varieert tussen 34 en 70% van alle dementieën, afhankelijk van de geraadpleegde bron. Het percentage hangt ook af van de leeftijd: op jonge leeftijd ('Young onset dementie') is het aandeel AD iets minder dan bij dementie met een debuut op oudere leeftijd.
Andere vakervoorkomde oorzaken zijn: vasculaire dementie (VaD), frontotemporale dementie (FTD) en dementie met Lewy lichaampjes (DLB).
Voor het stellen van een nosologische diagnose is het nuttig om enkele kenmerken te weten van elk van deze ziekten.