In de FOR-loop wordt de loop-variabele steeds veranderd. De programmeur hoeft daar niet aan te denken, het gebeurt vanzelf. Als je dit vergeten bent, bekijk dan dit filmpje nog een keer. De variabele i is hier de loop-variabele en die wordt binnen de FOR-loop steeds opgehoogd, totdat hij niet meer in de loop ´past´ en de loop wordt verlaten.
Een belangrijk verschil tussen de WHILE-loop en de FOR-loop is, dat in een WHILE-loop de loop-variabele veranderd moet worden door de programmeur. Als dat vergeten wordt, bestaat de kans dat het programma in een oneindige lus terecht komt.
Dit is een gevaar, dat erg bekend is in de programmeerwereld.
Nogmaals de vorm van de WHILE-loop:
WHILE Conditie = True {Statements}
Als altijd aan de conditie wordt voldaan, dus de conditie blijft eeuwig True, worden de statements eindeloos vaak uitgevoerd. Je hebt dan een eindeloze lus gemaakt en daar komt het programma niet meer uit.
Het is dus zaak binnen de WHILE-loop te zorgen dat op een gegeven moment de conditie ONWAAR wordt. Dan houdt de WHILE-loop op, de WHILE-loop wordt verlaten en het programma kan verder met de statements die na de WHILE-loop komen.