3.7 Bijzondere bepalingen

We hanteren de volgende bepalingen uit het Examenreglement bij het constateren van fraude en onregelmatigheden en bij toekennen van een ultieme kans.  

Fraude

Als een beoordelaar/examinator fraude constateert, zoals het plegen van plagiaat of vervalsen van parafen/handtekeningen, gaat hij over tot inbeslagneming van het door jouw ingeleverde bewijsstuk. De reden van inbeslagneming wordt schriftelijk vermeld bij het in beslag genomen bewijsstuk. Dit wordt overhandigd aan de teammanager, tevens voorzitter van het VGO. Deze beslist of de fraude terecht geconstateerd is. Wanneer dit het geval is, wordt de beoordeling als gedaan beschouwd en als onvoldoende aangemerkt. Bij herhaling kan de student, tijdelijk of definitief, van de opleiding verwijderd worden.

Onregelmatigheden

Bij onregelmatigheden neem jij of de beoordelaar vanuit school of de praktijk zo snel mogelijk contact op met de voorzitter van het VGO, de teammanager van de opleiding. Over onregelmatigheden die bij de opleiding liggen, zoals het overschrijden van een beoordelingstermijn, neemt de voorzitter zo snel mogelijk een besluit dat het minst nadelig is voor de student en stelt hiervan alle betrokkenen en de voorzitter van de schoolexamencommissie op de hoogte.

Onregelmatigheden die bij de student liggen, zoals het zonder afmelden niet nakomen van een afspraak voor een examengesprek, ongeoorloofd afwezig zijn bij een toets of werk niet op het afgesproken tijdstip inleveren, gelden als het verspelen van een beoordelingsmoment. Tijdens het vaststellen van en besluiten over de resultaten en de studievoortgang bepaalt het VGO of en hoe rekening gehouden wordt met de geconstateerde onregelmatigheid.

Ultieme kans

Wanneer na het benutten van alle beoordelingsmomenten blijkt dat je niet toelaatbaar bent voor een

examen of niet geslaagd bent voor het examen besluit de schoolexamencommissie over het wel of niet bieden van een ultieme kans.

Zie het Noorderpoortexamenreglement op de Noorderportal > Weten & Regelen.

Slotbepalingen

  1. In alle gevallen waarin het examenreglement van het Noorderpoort en de schoolregels niet voorzien, neemt de voorzitter van de schoolexamencommissie een besluit.
  2. De voorzitter van de schoolexamencommissie kan - in gevallen van kennelijke onbillijkheid- afwijken van de vastgestelde examenregels.