Opbouw van het programma

Opbouw van het programma

Elke periode in dit keuzedeel heeft dezelfde opbouw. Periode 1, 2 en 3 gaan over een (opleidingoverstijgend) thema en een centrale opdracht die bij dat thema past. Periode 4 richt zich specifiek op het onderzoeken van bedrijven die aansluiten bij de opleiding van de leerlingen.

In elke periode doorlopen we dezelfde fasen. De studentencursus in Wikiwijs is in deze 4 fases vormgegegeven. Deze zijn:

Fase 1: Orientatiefase

Oriënteren op vraagstuk – De context van het vraagstuk beeldend maken en basiskennis bieden

Fase 2: Onderzoeksfase

Onderzoeken van het vraagstuk met behulp van o.a. experts

Fase 3: Productiefase

Produceren van oplossingen voor het vraagstuk eventueel behulp van experts

Fase 4: Presentatiefase

Presenteren van de oplossingen aan de stakeholders binnen het vraagstuk

Hoewel niet expliciet benoemd in de studentencursus is er eigenlijk een vijfde fase, de reflectiefase. Een fase waarin we evalueren en vooral reflecteren. Elke periode eindigt met een reflectieformulier waarin de studenten reflecteren op hun waarden, inhoud, proces en de presentatie.

Elke periode start met een inleiding en een omschrijving van de opdracht. In deze opdracht staan de criteria waaraan het eindresultaat van de periode moet voldoen.

Flexibel format en contact met de omgeving

De opbouw die is gekozen, biedt ruimte voor het toepassen van de zes kernen van leren voor duurzame ontwikkeling. Leidende principes hierin zijn o.a. verbinding met de buitenwereld, aansluiten bij de student en de actuele duurzaamheidsvraagstukken (zoals het vormgeven van een circulaire economie).

Dit keuzedeel is zo vormgegeven dat studenten hun eigen vraagstuk kunnen kiezen en contact moeten zoeken met experts uit de dagelijkse praktijk (actieonderzoek). Dat betekent concreet dat er naast het materiaal in Wikiwijs studentencursus meer nodig is om de studenten te begeleiden. In periode 1 is het bijvoorbeeld nodig dat er jury's worden geregeld of dat er contact wordt opgenomen met Wethouder Schoone voor het beoordelen van de eindproducten. Ook is er ondersteuning nodig in het zoeken van de juiste experts. Hierin kan ook ondersteuning nodig zijn. In periode 3 is er contact nodig met de Lelystadse Boer als opdrachtgever.

In de eerste periode zijn er daarom begeleidingsessies voor docenten waarin zij samen de lessen voorbereiden en kijken wat er nodig is.

De opbouw van het programma kan gebruikt worden voor elk actueel thema. Als er over twee jaar een ander thema is dat actueel is in Lelystad kan dat worden ingebed in deze aanpak. Zo kan het onderwijs actueel blijven en leiden we beter op voor de circulaire arbeidsmarkt.