Leerdoelen
Aan het eind van dit hoofdstuk kan ik:
Na het maken en leren van §1:
- Ik kan in een figuur lijnsymmetrie herkennen.
- Ik kan t de symmetrieas aanwijzenen tekenen in een figuur.
- Ik kan een figuur spiegelen in een lijn.
Na het maken en leren van §2:
- Ik herken een draaisymmetrische figuur.
- Ik kan de kleinste draaihoek van een draaisymmetrische figuur berekenen.
- Ik weet dat overstaande hoeken even groot zijn.
- Ik kan hoeken berekenen met overstaande hoeken.
- Ik kan een puntsymmetrische figuur tekenen.
Na het maken en leren van §3:
- Ik kan uitleggen wanneer twee figuren gelijkvormig zijn.
- Ik herken gelijkvormigheid in driehoeken.
- Ik kan bij twee gelijkvormige figuren een verhoudingstabel invullen.
Na het maken en leren van §4:
- Ik kan de eigenschappen van een gelijkbenige driehoek benoemen.
- Ik kan de tophoek en basishoeken van een gelijkbenige driehoek aanwijzen.
- Ik kan symmetrieassen tekenen in gelijkbenige en gelijkzijdige driehoeken.
- Ik kan de eigenschappen van een gelijkzijdige driehoek benoemen.