Boek 5 - havo 4

fabrieks kinderen

 

Dit verhaal gaat over de kinderen van de familie Zwarte. Ze moeten elke dag in de wolfabriek werken. Sander was uitgeput en viel op weg naar de fabriek in slaap. Saartje was een paar dagen ziek. Saartje werkte echter met Evert omdat ze bang waren geld te verliezen. Toen Willem van Leidsche Academie  terugkeerde, zag hij hoe Sander op de stoep sliep. Hij ontving hem en liet hem slapen in zijn huis. Willem liet hem ook eten en kwam meer te weten over Sander: zijn leefomgeving, thuissituatie en vooral zijn armoede. Saartje ligt ziek op bed, echter ziet haar moeder geen ernstig gevaar. Maar helaas was haar moeder fout. Midden in de nacht blies Saartje haar laatste adem uit.

Het thema van het verhaal was kinderarbeid. De schrijver wilde in 1863 een eind maken aan kinderarbeid en schreef daarom dit verhaal. De strekking was dat kinderarbeid afgeschaft moest worden. Het verhaal speelt zich af in Leiden, dat kon je opmaken omdat Willem studeert in Leidsche Academie en de straatnamen. Het verhaal is chronologisch verteld en komt uit 1863. De verteltijd was 39 bladzijdes en de vertelde tijd was een paar weken.

 

Ik had niet echt hoge verwachtingen van dit boek. De kaft zag er niet leuk uit en de flaptekst ook niet echt . Maar de titel sprak me  aan: fabriekskinderen, ik nam aan dat het over kinderarbijd ging en dat sprak mel wel redelijk aan. Ondanks het korte verhaal, heeft de schrijver goed werk verricht om gevoelens in mij lost te maken want  Toen ik het boek las hat ik erg veel medelijden met de kinderen.. Zo, kleine slaper, ben je al wakker,’ zegt Willem met zijn vriendelijk welluidende stem. ‘Zeg, lust je een boterham?’ En, terwijl hij met tranen over zijn wangen naar de vrager keek, doch ook aanstonds zijn ogen weer neerslaat, glijdt een nauwelijks hoorbaar ja hem van de lippen”. Dit stukje was volgens mij het mooiste stukje uit het boek omdat ik hier geemontineerd van werd omdat je de emotie gewoon kon lezen