★ Aan de slag 1

Drogredenen

Maak de oefening. Geef per uitspraak aan van welke drogreden er sprake is.
Na het maken van de oefening vergelijk je je antwoorden met die van een klasgenoot.
Bespreek samen waarom je voor een bepaald antwoord hebt gekozen en waarom de andere antwoorden, volgens jullie, fout zijn.