Opgaven 3 t/m 7

1H01.2 Opgaven 3 t/m 7 ...............................................................................................

  Schaakbord


    Op een schaakbord worden de velden met een code aangegeven.

    Op dit schaakbord staat de zwarte koning op veld e8.

    1. Is g6 een wit of een zwart veld?
    2. Op welke velden staan de zwarte torens?

     

     

     

     

    "Gezicht"

     

    Iemand heeft in Excel dit “gezichtje” getekend.

    1. Welke cellen stellen de ogen voor?
    2. Welke cellen stellen de mond voor?

    Maak de cellen D3, D4, D6, D7 en E3, E4, E6 en E7 donkergeel.

    1. Lijkt je figuur nu op een leeuw?

     

     

    Boter, kaas en eieren

     

    Van “boter, kaas en eieren” bestaat ook een driedimensionale versie.

    Het zwarte balletje geef je aan met C-II-3.

    1. Welke codes hebben de twee witte balletjes?
    2. Teken een zwart balletje op B-II-2.
    3. Waar moet wit nu een balletje leggen?

     

     

     

     

      Sportdag

     

    Morgen is er een sportdag op de school van Anne. Anne heeft een rooster voor de sportdag gekregen.

    Anne zit in klas 1C.

    1. Hoe laat moet Anne haar eerste wedstrijd spelen?
    2. Tegen welke klas speelt Anne de tweede wedstrijd?
    3. Op welk veld speelt Anne de laatste wedstrijd?

     

     

     

    Kubussen stapelen

     

    Hier zie je een stapel kubussen.
    Linksvoor liggen er twee op elkaar, dat geef je aan door de code A-I-2.

    1. Welke code heeft de stapel kubussen linksachter?
    2. Zet een kruisje op de stapel B-III-4.
    3. De code D-III-2 is fout. Verbeter hem.