Prepositions of time

De laatste soort voorzetsels noemen we prepositions of time. Deze prepositions geven niet de locatie of beweging, maar de tijd aan. Er zijn heel er zijn er heel veel, maar tijdens deze les kiken we naar drie verschillende prepositions of time: at, in en on. Misschien kan je je herinneren dat deze woorden ook voorkomen als prepositions of place. Wanneer zij tijd aanduiden, kennen zij elk een regel:

 

  1. we gebruiken at om een specifieke tijd aan te duiden (Let's meet at 8 o'clock)
  2. we gebruiken in om maanden, jaren, eeuwen en lange periodes aan te duiden (he died in the sixteenth century)
  3. we gebruiken on om dagen en specifieke datums aan te duiden (I will visit my grandmother on Sunday)

 

Als je meer wilt oefenen met prepositions of movement kan je onderaan de pagina een oefenopdracht vinden.