4.4 Vocabulaire

Vocabulaire 4.4  
manger eten
le pain het brood
l'acteur de acteur
végétarien vegetariër
jeudi donderdag
je vais ik ga
préparer klaarmaken
la viande het vlees
je prends ik neem
les escargots de slakken
aujourd'hui vandaag
adorer dol zijn op
le poisson de vis
l'an het jaar
lutter vechten / strijden
contre tegen
le gaspillage alimentaire de voedselverspilling
prendre nemen
l'entrée het voorgerecht
souvent vaak
ce matin vanochtend
cet après-midi vanmiddag
ce soir vanavond