Algemene info

Bron: NIH, Wikimedia commons

Mammacarcinoom is de meest voorkomende vorm van kanker onder vrouwen. Gemiddeld krijgt 1 op de 7 a 8  vrouwen borstkanker (13%), waarbij <2,5% van de vrouwen onder de 50 jaar borstkanker ontwikkelen. In 2017 was 87% 5 jaar na de diagnose invasieve borstkanker nog in leven. Mammacarcinoom komt ook bij gemiddeld 100 mannen per jaar voor.

In de meeste gevallen gaat het om maligne ontaarding van cellen in melkgangen(ductaal carcinoom). In andere gevallen gaat de tumor uit het echte klierweefsel (lobulair carcinoom). Zelden ontstaat een maligniteit uit steun- of stromacellen (medulair carcinoom of sarcoom). Er wordt onderscheid gemaakt tussen invasief carcinoom (dat doorgroeit in omliggende weefsels) en in situ carcinoom (welke zich beperkt tot de melkgangen in de borst).

Preoperatief wordt diagnostiek gedaan om het type tumor (pathologisch) en het cTNM stadium (mbv beeldvorming) te bepalen. De behandeling van mammacarcinoom bestaat vaak uit een combinatie van chirurgie, radiotherapie en systemische behandeling. Het doel van behandeling is bereiken van hogere overlevingskansen, voorkomen van recidief en goed cosmetisch resultaat. Chirurgisch zijn er twee opties: een borstsparende operatie (wide local excision of lumpectomie) of een borstamputatie (mastectomie of ablatio). Afhankelijk van meerdere factoren waaronder het TNM stadium, type en grootte tumor, leeftijd en voorkeur van de patient, aanwezigheid van erfelijke genmutatie en mogelijkheid tot bereiken fraai cosmetisch resultaat wordt het type behandeling in overleg met de patient gekozen.