De belangrijkste regels van de Leidraad-stijl zijn:
- Je gebruikt voetnoten voor:
- volledige bronvermeldingen naar parlementaire stukken
- volledige bronvermeldingen naar jurisprudentie
- verkorte bronvermeldingen naar literatuur en commentaren op een wet.
- Bij regelgeving verwijs je in de tekst naar de citeertitel en het nummer van het wetsartikel (artikelnummer); bronvermelding in de voetnoot is dan niet noodzakelijk.
- In de literatuurlijst neem je de volledige bibliografische gegevens op van gebruikte literatuur en commentaren op een wet.
- Indien gewenst kan een aparte lijst van geraadpleegde jurisprudentie worden bijgevoegd.
Let op:
- Elke bronvermelding begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.
- In de tekst verwijs je met een zgn. nootnummer naar de voetnoot. Het nootnummer komt aan het eind van een zin te staan, na de punt.
Je krijgt vaak te maken met verschillende soorten juridische bronnen: regelgeving, parlementaire stukken, commentaren, jurisprudentie, boeken en tijdschriftartikelen (literatuur). Deze moet je allemaal op een verschillende manier beschrijven. De regels hiervoor hoef je niet allemaal uit je hoofd te kennen: je kunt ze opzoeken in de Leidraad 2022.
Per juridische bron leggen we de belangrijkste regels uit.