Je lichaamsgewicht druk je uit in kilogram, als je een zak chips koopt, staat de massa er in gram op. De massa van een atoom of een molecuul kun je natuurlijk ook in gram uitdrukken, maar omdat de massa daarvan heel klein is, worden dat onhandige getallen. Daarom druk je de massa van atomen en moleculen uit in atomaire massa-eenheden, waarbij de eenheid u hoort. Afgesproken is dat 1,00 u overeenkomt met 1,66x10-27 kg.
Omdat de atomaire massa-eenheid heel klein is, kun je de massa van atomen, de atoommassa, met symbool A, beter uitdrukken in u. In de tabel hieronder staan een aantal atoommassa's uitgedrukt in u.
Als je van een molecuul precies weet welke atomen erin voorkomen, kun je met de atoommassa's van die atomen de molecuulmassa uitrekenen.
Water bestaat uit twee waterstofatomen met een massa van 1,0 u en één zuurstofatoom met een massa van 16,0 u. De molecuulmassa van water is dus: 1,0 + 1,0 + 16,0 = 18,0 u
Koolstofdioxide heeft formule CO2 en de molecuulmassa berekenen we dan als volgt:
In het bestand hieronder vind je een lijst met atoomsoorten en de bijbehorende afgeronde atoommassa's. Deze lijst heb je nodig voor het maken van opdrachten. Als het lukt, print hem dan uit en bewaar hem in je schrift.
Lijst met atoomsoorten, atoomnummers en afgeronde gemiddelde atoommassa's.pdf
Opdracht: Bereken de molecuulmassa van onderstaande verbindingen. Schrijf de berekening én het antwoord in je schrift. Alleen een antwoord is niet voldoende.
a. C2H6O (alcohol)
b. NH3 (ammoniak)
c. CH4 (methaan)
d. C4H4S (thiofeen)
e. C3H5N3O9 (nitroglycerine)