Werkproces |
leerdoelen |
Houding en vaardigheden |
Leervragen/portfolio |
P3-K1-W5 Voert verpleegtechnische handelingen uit |
De persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg voert, daar waar het voorkomt, verpleegtechnische handelingen uit binnen haar bevoegdheden en met inachtneming van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, procedures en voorschriften. Voordat ze de verpleegtechnische handelingen uitvoert, controleert zij de gezondheidssituatie en de psychische gesteldheid van de cliënt. Ze controleert zo nodig de vitale functies. Ze creëert de voorwaarden waardoor ze de verpleegtechnische handelingen optimaal kan uitvoeren. Ze stemt af op de cliënt en neemt vooraf en tijdens de uitvoering van de verpleegtechnische handeling(en) bijvoorbeeld angst en onzekerheid weg door uitleg over wat, waarom en hoe ze de handeling(en) uitvoert. Zij observeert de gezondheidstoestand van de cliënt, signaleert wijzigingen en bijwerkingen en rapporteert deze. Hieronder een overzicht van de verpleegtechnische handelingen die zij moet beheersen: • medicijnen checken (dosering etc.), registreren, distribueren; • medicijnen toedienen: oraal, rectaal, via de huid, via de slijmvliezen, via de luchtwegen; • eerste hulp verlenen bij verwondingen, vergiftigingen, verstikking, verslikken. |
De persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg: - voert alleen verpleegtechnische handelingen uit waarvoor zij bekwaam is (bekwaam wil zeggen dat de uitvoerder op het moment van uitvoering de noodzakelijke kennis en vaardigheden bezit. Onbekwaam betekent onbevoegd en dus strafbaar); - vormt zich snel een beeld van de lichamelijke en psychische gesteldheid van de cliënt; - kiest de geschikte materialen en hulpmiddelen voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen; - gebruikt materialen en hulpmiddelen voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen effectief, efficiënt, zorgvuldig en veilig; - voorziet in een optimaal controlesysteem voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen; - voert de verpleegtechnische handelingen deskundig uit volgens veiligheidsvoorschriften, protocollen, bevoegdheden en wettelijke kaders, waaronder de wet BIG; - schakelt zo nodig de arts (of leidinggevende) tijdig in. De onderliggende competenties zijn: Vakdeskundigheid toepassen, Materialen en middelen inzetten, Instructies en procedures opvolgen |
Hoe bepaal je of je als professional bekwaam bent? |
Hoe bepaal je op een snelle manier iemands lichamelijke en psychische gesteldheid? |
|||
Hoe ziet een controlesysteem voor verpleegkundige handelingen eruit? |
|||
Wanneer schakel je een arts in? |
|||
Hoe voer je de verpleegkundige handelingen uit: medicijnen toedienen, medicijnen checken en eerste hulp bij verwondingen, vergiftigingen, verstikking en verslikking? |
|||
Welke materialen heb je nodig bij de verpleegkundige vaardigheden? |
|||
|
|||
|