algemene informatie

Voor Nederlands ga je een tekst voorbereiden. Tijdens een mondeling ga je een stukje voorlezen uit deze tekst en beantwoord je vragen over de tekst. De teksten staan op blz 168 t/m 206 in je boek. Iedereen krijgt een tekst toegewezen én een datum en tijd voor het mondeling. 

Doelen:

- Je kunt een verhaal boeiend voorlezen.

- Je kunt vragen over het verhaal en over wat jij van het verhaal vindt beantwoorden.

- Je spreekt goed.

 

Hoe haal je een goed cijfer?
- Je weet bij het voorlezen de luisteraar te boeien door stemmetjes te gebruiken, de toon goed te kiezen, het juiste tempo aan te houden en zo vloeiend mogelijk te lezen.

- Je kunt uitleggen hoe en waarom personages in het verhaal handelen en zich voelen, wat het verhaal spannend maakt en wat je mening is over het verhaal.

- Je praat duidelijk, bent goed te volgen en je weet je woorden goed te kiezen.