Kaliefen

 

In het jaar 632 n.Chr stierf de grote profeet Mohammed. Voor zijn dood waren en geen maatregelen getroffen voor zijn opvol-ger, maar wel had Mohammed Aboe Bakr aangewezen als lei-der van de dagelijkse gebeden. Dit was de taak die Mohammed voor zijn dood. Hij was al die jaren de iman van zijn volk geweest.

Aboe Bakr

De Kalief, wat letterlijk opvolger betekent, Aboe Bakr was een stamhoofd van de stam Qoeraish. Dit was dezelfde stam waar Mohammed toe behoorde. Aboe Bakr was een van de eerste bekeerlingen tot de islam en was sinds dien de rechterhand van Mohammed. Het feit dat hij de moslims mocht begeleiden in ge-bed was een indicatie dat Mohammed hem als toekomstige lei-der wenste. Mensen uit de oemma, de islamitische gemeen-schap, zag hem dus ook als beste opvolger. Aboe Bakr heeft een aantal belangrijk dingen bewerkstelligt. In zijn tweede jaar van Kalief zijn (632-634) bracht hij een aantal afvallige stammen weer bij elkaar en kwamen daardoor weer te vallen onder het moslim bestuur. Een ander belangrijke verandering is de samenstelling van de Koran. In deze tijd hadden de mensen de Koran nog niet voor handen. Men was gewend dat alles werd overgebracht door mondelinge overdracht met andere woorden, men vertelde de verhalen aan elkaar door en reciteerde en memoriseerde vooral de tekste. Later werden de openbaringen van Allah aan Moham-med wel opgeschreven op palmbladeren, schouderbladen van kamelen en platte stenen. Doordat veel van die mensen die reci-teerde stierven in de oorlogen zorgde Aboe Bakr ervoor dat de-ze fragmenten verzameld werden en gebonden werden zodat deze teksten bewaard zouden blijven.

Omar

Omar werd de tweede kalief (634-644) en werd gekozen door de moslimgemeenschap. Hij was de kalief die zorgde voor de eerste grote veroveringen. In een korte periode van enkele jaren werden Syrië, Palestina, Egypte, Irak, Libië en Perzië ver-overd door Omar. Zijn manier was effectief en snel. De Islam verenigde de Arabische stammen met elkaar en zorgde ervoor dat hun strijdlust gericht werd op de buitenwereld. Zijn goede leiderschap en visie kwam tot uiting in de snelle verspreiding van de Islam. In twaalf jaar tijd was de gehele toenmalige we-reld onderworpen aan de moslims. Belangrijk is om te beseffen dat er een aantal factoren ge-noemd kunnen worden voor zijn enorme succes:

  1. De enorme fanatieke strijd en ijver van de moslims, want het was immers niet hun strijd, maar de heilige strijd van God.
  2. Kalief Omar was een geweldige leider, hij zorgde voor een enorme eenheid onder de moslims, vanaf dat moment streef-den ze allemaal voor hetzelfde doel.
  3. De komst van de islam was voor de omliggende landen ei-genlijk een totale verassing. In tegenstelling tot de islam was er in deze landen geen eenheid, geen gezamelijke ijver voor hun eigen geloof (hoofdzakelijk christendom)
  4. De christenen wisten eigenlijk veel te weinig van hun eigen geloof. Dit zorgde ervoor dat men niet goed wist hoe men de mondige moslims te woord kon staan. Dit zorgde ervoor dat veel christenen in de leer van de moslims geen onderscheid zagen met hun eigen leer en men vond het dus lastig om on-derscheid te zien in de leer van Mohammed of de Bijbelse leer. Het gebeurde zelfs dat christenen moslims zagen als medegelovigen.

Oethmaan

De derde kalief is Oethmaan en regeerd van 644-656. Hij was een late bekeerling en behoorde tot een van de meest invloedrij-ke Mekkaanse familie’s. Hij was de schoonzoon van Moham-med. Zoals we zagen bij Aboe Bakr, dat hij de losse fragmenten van schriftelijke overlevering van de Koran bijeen bond, zien we bij Oethmaan dat er een definitieve versie van de Koran komt. in zijn tijd waren er nog vele versies in omloop en dit zorgde na-tuurlijk voor de nodige problemen. De opdracht voor een defini-tieve Koran wordt uitgevoerd door Zaid ibn Thâbit en was na-tuurlijk in opdracht van Oethmaan. De andere overgebleven ver-sies moesten worden verbrand.

Ali Ibn Aboe Tâlib

De vierde kalief was een neef en schoonzoon van Mohammed, Ali ibn Aboe Tâlib. Ook hij werd door de moslimgemeenschap gekozen. Deze eerste vier kaliefen (opvolgers) worden traditio-neel de 'rechtgeleide kaliefen' genoemd omdat zij de leer van Mohammed naar de letter volgden. Zij handhaafden de eenvou-dige en bescheiden manier van leven van de profeet en lieten de aanhangers alleen de geboden van Mohammed in acht ne-men.