Waar heeft deze wet betrekking op?

Huidig stelsel

Op grond van het huidige stelsel moet in de meeste gevallen voor het (ver)bouwen van een bouwwerk een omgevingsvergunning worden aangevraagd. Vervolgens wordt de aanvraag voor de omgevingsvergunning door de gemeente getoetst aan het bestemmingsplan, de welstandseisen, en de technische eisen van het Bouwbesluit en de Bouwverordening. Op grond van wordt door de gemeente een omgevingsvergunning voor het bouwen verleend, indien de aanvraag naar het oordeel van de gemeente aannemelijk maakt dat het bouwen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, voldoet aan de bouwtechnische voorschriften.

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

In het nieuwe stelsel dient voor het (ver)bouwen van een bouwwerk ook een omgevingsvergunning te worden aangevraagd, maar zal de gemeente niet meer toetsen of het aannemelijk is dat het bouwen voldoet aan de bouwtechnische voorschriften. De gemeente dient te controleren of het instrument voor kwaliteitsborging daadwerkelijk is toegelaten voor de betreffende gevolgklasse, en of de kwaliteitsborger toestemming van de instrumentaanbieder heeft om te werken met dat instrument. Het instrument is een beoordelingsmethodiek waarmee tijdens de bouw wordt vastgesteld in hoeverre bij de oplevering aan de bouwtechnische voorschriften wordt voldaan.