1) GRAMMATICA

Korte uitleg over de 'nul'-groep

In het eerste blok hebben we kennis gemaakt met de 'der'- en 'ein'-Gruppe. Er staat dan een bepaald woord (lidwoord, bezittelijk voornaamwoord, aanwijzend voornaamwoord) voor het zelfstandig naamwoord waaraan we kunnen zien of het tot de 'der'- of 'ein'-Gruppe hoort. Als het weer is weggezakt, kijk dan even terug bij blok 1 naar de informatie over deze twee groepen!

Er is echter nog een derde groep. Deze noemen we de 'nul'-groep. De naamgeeft het eigenlijk al aan: bij dit soort zinsdelen behoort het te vervoegen gedeelte niet bij één van de twee bekende groepen. Je hebt hier in feite alleen een bijvoeglijk en zelfstandig naamwoord. Je gaat hier niet het bepaldende lidwoord vervoegen, maar juist het bijvoeglijk naamwoord. De uitgang die je hier aan het bijvoeglijk naamwoord toevoegt, is dezelfde uitgang als van de lidwoorden van de 'der'-Gruppe. Om het wat duidelijker te maken, staan de schema's van de 'der'- en 'nul'-groep hier nog even onder elkaar:

Schema van de 'der'-Gruppe

Schema van de 'nul'-groep

Als we de nul-groep uitgangen toepassen op het verkorte schema wat je geleerd hebt, dan zie je dus dat je niet meer hoeft te kijken naar rondjes en/of de sleutel. De letter die in het vakje staat, komt als uitgang achter het bijvoeglijk naamwoord (op de twee uitzonderingen na).

De nul-groep is eigenlijk dus de makkelijkste groep die je kunt hebben! Je zit hier namelijk niet vast aan sleutels en/of cirkeltjes om letters, maar het is simpelweg de letter uit het verkorte schema achter het bijvoeglijk naamwoord plakken. Ga het maar eens oefenen in onderstaande oefening!