De oculocefaalreflex wordt gemedieerd door input naar de vestibulaire nuclei in de hersenstam, om vervolgens via de mediale longitudinale fasciculus (MLF) naar de nuclei van de oculaire hersenzenuwen, hogerop in de stam, te lopen. Hierdoor ontstaat de compensatoire oogbeweging.
Bovenstaand plaatje is uitgebreider dan de strekking van deze leermodule, maar het is wel illustratief; zoals je ziet, zitten de kernen van de N. trigeminus (V) en N. facialis (VII) lager dan die van de oculomotorius (III). Zie bijvoorbeeld ook de kern van Edinger-Westphal, helemaal bovenaan aangegeven. Ook zie je de locaties van de vestibulaire nuclei (VIII). Hierdoor kan je door alle stamreflexen te testen een beeld krijgen van waar een eventuele laesie in de hersenstam zou zitten. In de praktijk zie je echter vaak bij gevallen zoals deze patient dat alle reflexen aangedaan / afwezig zijn, wat past bij de diffuse hersenschade door post-anoxie die deze patient heeft.