4 Relatie tussen EASA Parts

4 Relatie tussen de EASA Parts

Verordening (EC) nr.1321/2014 heeft vijf bijlagen (Annex) zoals eerder verteld:

Part-M, Part-145, Part-66, Part-147 en Part-T, deze onderdelen zijn een integraal onderdeel van de luchtwaardigheid.

De volgende afbeelding geeft inzicht hoe de parts met elkaar in verhouding staan.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een civiel luchtvaartuig moet zijn ontworpen in overeenstemming met de vereiste certificering specificatie (CS) door een Part-21 Subpart-J erkende organisatie.

Een Part-21 Subpart-G productieorganisatie (ref Airbus bijv.) produceert het luchtvaartuig overeenkomstig het ontwerp dat na de definitieve goedkeuring van het product door EASA een vliegtuig Type Certificering (TC) krijgt.

Alvorens een  luchtvaartuig mag opereren dient het vliegend personeel op de juiste wijze te zijn gecertificeerd (ref secties Air crew en Air Operations regels, e.a. afhankelijk van het type operatie). Alle luchtvaartuigen, zowel commerciële als niet-commerciële, moeten voldoen aan de Part-M regelgeving voor permanente luchtwaardigheid (CA). Deze organisaties beheren de luchtwaardigheid.

Het luchtwaardigheidsbeheer van commercieel opererende luchtvaartuigen moet door een erkende Continuing Airworthiness Management Organisation (CAMO) worden uitgevoerd.

Niet -commercieel geëxploiteerde luchtvaartuigen kunnen worden beheerd door de eigenaar of door een gecontracteerde Part-M organisatie. De Part-M organisatie beheert de permanente luchtwaardigheid door continue controle of aan alle onderhoudsverplichtingen is voldaan.

Dit houd onder andere in, het maken van de onderhoudsprogramma's, beheersen van de lifetimes (componenten) en inspectie tijden, luchtwaardigheidsaanwijzingen (AD's) en servicebulletin beheer, modificatie- en reparatie beheer, configuratie beheer. De Part-M organisatie creëert de werkopdrachten en selecteert de Part-145/ Part-M subpart-F onderhoudsorganisaties voor het uitvoeren van het vereiste onderhoud.

Part-145 en Part-M subpart-F zijn onderhoudsorganisaties.

Commercieel opererende luchtvaartuigen en " complex motor powered aircraft" moeten door een Part-145 organisatie onderhouden worden.

Beide type onderhoudsorganisaties moeten gebruik maken van Part-66 gecertificeerd onderhoudspersoneel (ref verordening (EC)nr 1321/2014,145.A.30/145.A.35 of M.A.607).

Een Part-66 licentie kan verkregen worden door te slagen voor de Module Examens/Basic Training plus de vereiste minimale werkervaring.

Dus om de permante luchtwaardigheid van een luchtvaartuig te kunnen waarborgen zijn al deze facetten van de verordening (EC) 1321/2014 nodig.

De Part-147 leid de Part-66 monteur op, waarna deze bij een Part-145/Part-M subpart-F onderhoud pleegt aan een luchtvaartuig waarvan het onderhoudsprogramma is gemaakt en gecontroleerd door de Part-M.

We gaan ons hierbij verder concentreren op de Part-66 maar we zullen regelmatig de Part-145/Part-M subpart-F en de Part-147 tegenkomen.