De licenties voor technici zijn in het verleden regelmatig veranderd en zijn ook nu nog aan veranderingen onderhevig (ref 2019 zwevers van nationaal naar Part-66 en nu ballon technici naar part-66).
De grootste verandering was van het nationale systeem naar EASA-Part-66, maar ook in part-66 zijn veranderingen geweest en zoals eerder gezegd nu ook nog.
Om de technici te beschermen zijn in de Part-66 regels voor conversies opgenomen.
Iemand die reeds in het bezit was van een bevoegdheid, geldig in één van de lidstaten, vóórdat Annex III (Part-66) in werking trad, krijgt een AML. Deze AML zal verkregen worden zonder verdere deelname aan examens zoals gesteld in Sectie B subpart van de Part-66;
Personen die reeds bezig zijn op het moment dat de wetgeving Part-66van kracht werd mogen de gestarte opleiding afmaken voor het verkrijgen van een AML, zonder de gestelde eisen Sectie B subpart van de Part-66;
Een AML dient te worden voorzien van een limitatie om de verschillen aan te tonen tussen de privileges verkregen onder het oude systeem t.o.v. de huidige kenniseisen van de Part-66 zoals opgesteld in Appendix I & II;
Hiervan kan worden afgeweken voor vliegtuigen die niet vallen onder commercial air transport en niet behoren tot de "Complex motor powered". In dit geval moet op de AML limitaties opgenomen zijn waaruit blijkt dat de verkregen privileges onder het oude NAA systeem na de conversie naar Part-66 ook geldig blijven.