Les 3

Lesdoelen:
- Ik weet wat vooroordelen zijn.

- Ik weet hoe spanningen tussen verschillende groepen ontstaan en kan voorbeelden noemen.

Cultuurverschillen

In de vorige opdracht heb je uitgezocht hoeveel mensen met een migratie-achtergrond in Nederland wonen. We leven dus met verschillende bevolkingsgroepen samen. Bevolkingsgroepen kunnen ook met elkaar botsen. Groepen kunnen het oneens zijn met elkaar vanwege bepaalde cultuurverschillen. Dit zie je bijvoorbeeld in de discussie over onverdoofd slachten:

Vooroordelen

Botsingen tussen bevolkingsgroepen kunnen ook ontstaan doordat groepen elkaar niet goed kennen en een ongegronde mening over elkaar hebben. Zo'n ongegronde mening noem je een vooroordeel. Een voorbeeld van een vooroordeel is dat alle Poolse immigranten alcoholisten zijn. Vooroordelen kunnen leiden tot discriminatie: als mensen een verkeerd beeld van elkaar hebben, kunnen ze elkaar anders gaan behandelen of gaan uitsluiten.

Toch heeft iedereen vooroordelen. Op zich is dat niet erg, want door kennis te nemen van de feiten en contact te maken met andere mensen kunnen deze vooroordelen verdwijnen.

Bekijk onderstaand filmpje, sommige vooroordelen zijn best herkenbaar toch?

Marrokanen crimineel? Nederlanders gierig? https://www.youtube.com/watch?v=NgIbO8tIePk

Verschillen en in waarden en normen

In elke groep zijn er waarden en normen en die kunnen sterk verschillen van de normen en waarden in andere groepen. Een paar voorbeelden van bekende waarden die niet in elke groep (land, cultuur of subcultuur) hetzelfde zijn:
- Gelijkheid (bijvoorbeeld tussen vrouw en man)
- Tolerantie (bijvoorbeeld ten opzichte van homoseksualiteit)
- Respect (bijvoorbeeld ten opzichte van politici/een staatshoofd)
- Vrijheid (bijvoorbeeld met betrekking tot keuze voor geloof)
 
Verschillen in normen en waarden tussen groepen zijn niet direct een probleem. Toch ontstaan er vaak problemen tussen groepen als ze dicht bij elkaar leven en de waarden en normen erg verschillen. Het probleem ontstaat dan regelmatig wanneer de normen en waarden van de ene groep, de waarden van een andere groep belemmeren. Regelmatig wil een groep de eigen waarden en normen ook terugzien bij andere groepen in de maatschappij. Dat gaat niet altijd goed.
 
 

Je hebt hierboven gelezen over botsingen tussen bevolkingsgroepen/culturen. Door deze botsingen kunnen spanningen ontstaan. Ga met je groepje op zoek naar verschillende voorbeelden van spanningen tussen (sub)culturen en bevolkingsgroepen. Zoek er minstens zes (twee per persoon) en vermeld dit in je verslag. Wat zijn de oorzaken van deze spanningen en zou je een oplossing kunnen bedenken? Vergeet ook niet de bron te vermelden! Tijd: 60 minuten