3. Werkwijze

Door je ideeën uit te proberen maak je een eerste ontwerp. Dan ga je je ontwerp testen en verbeteren. Door steeds tussendoor te testen kom je tot je uiteindelijke ontwerp.

1. Experimenteren

Begin met het experimenteren van de materialen die je gaat gebruiken. Kun je ontdekken wat er nodig is om op het water te blijven staan? Probeer met zoveel mogelijk van je materialen te experimenteren (te proberen).

Je kunt de volgende hulpvragen gebruiken:
• Wanneer blijft iets drijven? Welke materialen blijven goed drijven? Wat blijft op de oppervlakte liggen?
• Maakt het uit welke vorm het heeft? Zijn er materialen die soms wel en soms niet blijven drijven?
• Hoe kun je iets hogers in balans houden op het water?

​2. Verzinnen door te maken

Bij het verzinnen is het belangrijk dat je alle kanten op denkt. Dan bedenk je veel verschillende
én bijzondere nieuwe ideeën.

Je gaat drie ideeën bedenken en maken.

Je kunt gebruik maken van de volgende hulpvragen om je een beetje op weg te helpen:
• Hoe kan iets blijven drijven op water?
• Hoe kan iets in evenwicht blijven op 4 of meer poten?
• Hoe kun je iets met 4 of meer poten snel maken?

Test je idee uit in de bak met water die je klaar hebt staan. Werkt het? Wat werkt nog niet? Hoe kun je dat verbeteren?

3. Presenteren

Kies de beste oplossing van je verbeterde ontwerp. Zet deze in de bak met water. Hoe leuk is het om jouw ontwerp aan je klasgenoten te laten zien. Maak hier een mooie foto van!

                                                                                                                                                    Waar vind je informatie? Klik op het kopje 'Bronnen'