In Excel kun je met de optie “Filter” op het tabblad “Gegevens” [Fig 4] heel snel en makkelijk data met een gewenste eigenschap selecteren. Voordat je op de filterknop drukt, moet je op het werkblad wel in cel A1 staan, anders weet het programma niet naar welke eigenschappen je de gegevens wilt filteren [Fig 5]. Als het filteren actief is, staat er bij elke eigenschap (bv. Geslacht, Gewicht, etc...) een uitklapknopje [Fig 6]. Druk op deze knop, vink vervolgens in de lijst aan op welke eigenschap je de data wenst te filteren en sluit de filtreeropdracht met “OK” af.
Het filteren kan dus per eigenschap, maar ook naar een combinatie van eigenschappen door herhaald te filteren.
Na het filteren, moet nog geteld worden hoeveel elementen aan die gewenste eigenschap(pen) voldoen, dat gebeurt via de functie “= aantal()” in het geval het om kwantitatieve eigenschappen gaat en via de functie “= aantalarg()” als het om kwalitatieve eigenschappen gaat.
Voorbeeld 1:
Hoeveel leerlingen van het mannelijk geslacht zijn ondervraagd?
Opties: ga naar het tabblad “Gegevens” à selecteer cel A1 > druk op “Filter” > druk op het uitklapknopje bij Geslacht > vink uitsluitend “M” aan > sluit af door op “OK” te klikken.
Je hebt nu de data gefiltreerd naar het geslacht M. Om te weten te komen hoeveel leerlingen aan de eigenschap Geslacht: M voldoen moet je nog tellen.
Opties: selecteer de gefiltreerde dataset > kopieer > ga naar een nieuw werkblad > plakken > voer in een lege cel in “= aantalarg()” en vul tussen de haken het bereik in waarover je wilt tellen > toets ‘Enter’
Voorbeeld 2:
Hoeveel leerlingen van het mannelijk geslacht met profiel EM zijn ondervraagd?
Opties: ga naar het tabblad “Gegevens” > selecteer cel A1 > druk op “Filter” > druk op het uitklapknopje bij Geslacht > vink uitsluitend “M” aan > sluit af door op “OK” te klikken > druk op het uitklapknopje bij Profiel > vink uitsluitend “EM” aan > sluit af door op “OK” te klikken.
Je hebt nu de data gefiltreerd naar het geslacht M en het profiel EM. Om te weten te komen hoeveel leerlingen aan de eigenschappen Geslacht: M & Profiel: EMvoldoen moet je nog tellen.
Opties: selecteer de gecombineerde gefiltreerde dataset > kopieer > ga naar een nieuw werkblad > plakken > voer in een lege cel in “= aantalarg()” en vul tussen de haken het bereik in waarover je wilt tellen > toets ‘Enter’
Voor de constructie van versimpelde kruistabellen zijn de filter en tel functies heel handig.
De gegevens van de versimpelde kruistabel kunnen ook gevisualiseerd worden mbv het cirkeldiagram.
Opties: selecteer de kruistabel of delen hiervan > ga naar het tabblad “Invoegen” > kies bij “Grafieken” voor de “Cirkel” [Fig 7] > 2D Cirkel (de eerste optie)
Voorzie het cirkeldiagram van een passende titel.
Opties: selecteer de gecreëerde grafiek door erop te klikken > ga naar het tabblad “Ontwerpen” > kies bij “Grafiekindeling” voor “Indeling 1” [Fig 8] > klik op de “Grafiektitel” en geef de gewenste titel [Fig 9]