Herhaling

Je kent al:

 

Signaalwoorden van opsomming

Je maakt een soort lijstje (denk aan de supermarkt).

Voorbeelden: ten eerste, ten tweede, ook, en, verder, daarnaast, bovendien, als laatste, ten slotte.

Signaalwoorden van volgorde van tijd

Je maakt een soort planning (denk aan je agenda).

Voorbeelden: Eerst, daarna, vervolgens, toen, ten slotte, voordat, nadat, later, intussen, tegelijkertijd, eerder, vroeger.