Als je met grammatica bezig bent, leer je de regels van een taal. Je leert ook welke taak delen van de zin of woorden in een zin hebben.
Er zijn twee manieren om naar taal te kijken:
redekundig- je deelt zinnen in stukken door te kijken welke woorden bij elkaar horen. die stukken noemen we zinsdelen. Elk zinsdeel heeff een eigen taak in de zin,
taalkundig- je kijkt naar elk woord in de zin. Je geeft aan bij welke woordsoort het woord hoort Daarmee leer je welke taak dat woord in de zin heeft.
Als je gaat ontleden, analyseer je een taal. Je kijkt naar de taken van zinsdelen of woordsoorten.
Wat heb je daaraan?
1) Je leert zinnen en woorden beter begrijpen.
2) Je leert de regels van een taal.
3) Je leert hoe een taal in elkaar zit en kunt daardoor ook andere talen beter begrijpen.