1. Je zoekt 10 verschillende bloemen.
2. De bloemen droog je en je plakt ze in.
3. Je zoekt de juiste naam op van de bloemen. Dit schrijf je bij de bloem.
4. Je onthoudt de plaats waar je ze gevonden hebt. Dit schrijf je bij de bloem.
5. Je schrijft de namen van de onderdelen bij de bloem. (zie blz 120)
6. Je schrijft op of het om een windbloem of om een insectenbloem gaat. (zie blz 131)
7. Je maakt een voorblad en een inhoudsopgave.
8. Je levert het werk in op 15 juni 2021.
9. Het cijfer telt mee voor het rapport.