De impulsen gaan dus via het zenuwstelsel door het lichaam heen. En het zenuwstelsel bestaat dus weer uit het centrale zenuwstelsel en de zenuwen. Nu gaan we kijken naar een zenuw; Een zenuwcel.
Er zijn verschillende soorten zenuwcellen. Hieronder bespreken we drie zenuwcellen die je moet kunnen herkennen. Er is ook nog een zenuwcel die meerdere dingen tegelijk kan. Dit leggen we daarna uit.
De gevoelszenuwcel
De gevoelszenuwcel gelijdt impulsen vanuit een zintuig naar het centrale zenuwstelsel toe. Denk hierbij aan een smaak die je proeft op je tong. De smaakcellen in je tong maken een impuls aan die door middel van de gevoelszenuwcel naar je centrale zenuwstelsel gaat.
De bewegingszenuwcel
Een bewegingszenuwcel gelijdt impulsen vanuit het centrale zenuwstelsel naar een spier of een klier toe. Het kan zijn dat je een pak melk uit de koelkast haalt. Deze bewegingszenuwcellen vervoeren dan een impuls die in je hersenen gemaakt is, naar de spieren toe. Nu kan je met je handen het pak melk pakken. Het aparte is dat het cellichaam IN het centrale zenuwstelsel ligt, maar de uitloper ligt weer buiten het centrale zenuwstelsel.
De schakelcel
Schakelcellen gelijden de impulsen in het centrale zenuwstelsel. Ze zitten dus in je ruggenmerg en je hersenen. Zij zijn de verbinding tussen een gevoelszenuwcel en een bewegingszenuwcel.
Gemengde zenuw
De meeste zenuwen die je in je lichaam hebt zitten zijn gemengde zenuwen. Deze zenuwen hebben zowel uitlopers voor bewegingszenuwcellen als voor gevoelszenuwcellen.
Zenuwcellen en zenuwen https://www.youtube.com/watch?v=OsIlsIvhmZk&list=PLr1tx9agautGNdub2WLAmrsjvlYdXQ6y1&index=3&t=0s