Het westen van de Verenigde Staten is een geologische actief gebied. Er zijn veel platen die samenkomen en voor kleine tot grotere aardbevingen zorgen. De bekendste hiervan is de San Andreas breuk.
Wat je veel vind in het westen zijn geisers. Je vindt ze in veel natuurparken zoals Yellowstone.
Geisers zijn warmwaterbronnen doe regelmatig een van fotein van water en stoom de lucht in spuiten. Geisers ontstaan alleen op plekken waar de magma niet zo diep zit, waar veel grondwater is en waar in het gesteente ene systeem van stevige gangen is ontstaan.
Als we verder gaan kijken komen we de Grand Canyon tegen.
Canyon betekent in het nederland een ravijn.
In dit gebied werd door platentektoniek het Coloradoplateau kilometers opgetild. Dit zorgde voor een verval, hierdoor kon de rivier sneller stromen en ontstond er meer erosie.
In het westen van de VS is het enorm droog. Dit zorgt voor weinig begroeiing, waardoor er makkelijker erosie ontstaat. De zachte lagen worden door de rivier meegenomen. De bovenste lagen van het gesteente blijven intact, dit komt doordat het bijna niet regent in dit gebied.
De Grand Canyon en het gevolg van erosie en verwering in het gesteente. https://schooltv.nl/item/wat-vertelt-de-grand-canyon-ons-over-het-ontstaan-van-de-aarde-oude-aardlagen-als-een-dagboek-van/#q=canyon