De Franse Revolutie heeft de wereld voor altijd veranderd. Zoals John Locke al schreef, heeft het volk het recht om een koning af te zetten, die niet in het belang van de volk handelt. Voor Robespierre en zijn medestanders was de Franse Revolutie de gelegenheid om een nieuwe orde in te stellen. Deze orde zou dan gebaseerd moeten zijn op de "wil van het volk". De terreur hield het volk daarin scherp, zeker nadat bleek dat de buitenlandse legers in 1792 waren verslagen. Iedereen moest worden onderworpen aan die algemene wil. De slachtoffers waren, na de koninklijke familie, de adel en de Katholieke Kerk. Van de adel en de bovenlaag van de Kerk konden veel bezittingen worden afgepakt, maar ook de onderlaag, zoals priesters en gelovigen, werden aangepakt tijdens de Franse Revolutie. Hoewel Rousseau soms katholiek en soms protestant was, had hij een meer algemeen geloof. Robespierre maakte er een geloof in het Opperwezen van. Een maand na de feestdag daarvoor zou Robespierre zelf onder de guillotine komen. Hij had zelf immers op grote schaal kerkelijke leiders laten vermoorden die gewoon katholiek wilden blijven.
https://www.youtube.com/watch?v=_lyzggmE-YA&list=PLi_srCikhtghrNa6Ti1d4aSyPQzQ3JI63&index=42