- Doelgroep Pas de schrijfstijl aan aan de doelgroep. Gebruik consequent dezelfde aanspreekvorm (je of u) en haal dit niet door elkaar. Gebruik je voor de informele mail, gebruik u voor de formele brief. Pas hier ook de werkwoordsvorm op aan (Willst du mir schreiben? / Haben Sie mehr Informationen?)
-
Zinsbouw
De zinsbouw in het Duits is vrijwel gelijk aan het Nederlands. Staan er meerdere werkwoorden in een zin, dan is de woordvolgorde anders.
- Het tweede werkwoord staat altijd achteraan in de zin:
Ik ben geboren in Amsterdam. - Ich bin in Amsterdam geboren.
-
Hoofdletters
Gebruik in het Duits hoofdletters bij
- het begin van een zin
- (aardrijkskundige) namen
- maanden
- zelfstandige naamwoorden
- de woorden ‘u’ en ‘uw’ (Sie, Ihnen, Ihr)
-
Inhoudspunten - Schrijf over elk gevraagd punt in de opdracht iets, zo krijg je voor het onderdeel inhoud het maximum aantal punten.
-
Checken - check aan het eind je mail of brief door deze nog een keer door te lezen. Zo merkje of de zinnen goed lopen.